Zo Gaat Het Bij Het CBR Praktijkexamen

Praktijkexamen duurt 55 minuten

Het praktijkexamen voor de personenauto duurt 55 minuten. Onderverdeeld in 15 minuten kennismaken en ongeveer 40 minuten rijden. In het examencentrum maak je eerst kennis met de examinator/trice. Dan worden de meegebrachte stukken gecontroleerd. Vervolgens richting de auto lopen en dan tegelijk de ogen test. Hierna vraagt de examinator je een aantal voorbereidings- en controlehandelingen uit te voeren aan of in de auto. Dan begint de rit die is onderverdeeld in een gedeelte zelfstandig en een gedeelte op aanwijzingen plus de bijzondere manoeuvres. De examinator/-trice let onder meer op je beheersing van de auto, kijkgedrag, voorrang verlenen en het rekening houden met andere weggebruikers. Hij beoordeelt je op zeven examenonderdelen. Deze vind je terug op het zelfreflectie formulier. Je krijgt tijdens het examen alle gelegenheid te laten zien wat je kunt. Helemaal foutloos hoeft niet, het gaat om het totaalbeeld. Belangrijk is hoe je reageert op het overige verkeer en of je de situatie meester bent. Kortom, de examinator/trice bekijkt of je voldoende in huis hebt om veilig en zelfstandig aan het verkeer deel te nemen. Direct na afloop verteld de examinator in het examencentrum de uitslag. Daarna bespreekt de examinator het zelfreflectieformulier met je.

Het vernieuwde praktijkexamen

Het vernieuwde praktijkexamen is op 1 januari 2008 ingevoerd en is bedoeld om het ongevallencijfer onder beginnende bestuurders omlaag te brengen. Nieuwe rijbewijsbezitters hebben een veel grotere kans op een ongeluk dan ervaren automobilisten. Het vernieuwde rijexamen is in opdracht van het ministerie van Verkeer en Waterstaat door het CBR ontwikkeld om de verkeersveiligheid in het algemeen en veilig rijgedrag van beginnende bestuurders in het bijzonder te verbeteren. De afgelopen jaren zijn er al specifieke maatregelen genomen voor de beginnende bestuurder, zoals de invoering van een beginnersrijbewijs en strengere alcohollimieten. Vanaf 2010 wordt naar verwachting het begeleid rijden mogelijk.

Meer nadruk op zelfstandig rijden en gevaarherkenning

Sinds 2008 worden aspirant-automobilisten nadrukkelijker opgeleid en geëxamineerd in zelfstandig rijden, gevaarherkenning en milieubewust rijgedrag. Ook moeten aspirant rijbewijsbezitters meer nadenken over hun eigen verbeterpunten in het verkeer. Zo zijn ze zich meer bewust van de risico’s. Die elementen hebben geleid tot nieuwe examenonderdelen. Deze worden hieronder toegelicht. In deze opzet staat de eigen verantwoordelijkheid van de aankomende bestuurder centraal. Het vernieuwde examen is in nauwe samenwerking met onderzoekers, de rijschoolbranche en verkeersorganisaties tot stand gekomen. De kosten van het theorie- en praktijkexamen zijn niet gestegen.

Nieuw onderdeel: Zelfstandig route rijden

Een kandidaat rijdt een deel van de examenrit zonder aanwijzingen van de examinator. Het ‘zelfstandig route rijden’ kan op drie manieren worden uitgevoerd: per 1 maart 2009: naar een oriëntatiepunt rijden dat niet vooraf vastligt, maar dat de kandidaat wel kent, óf kan zien. meerdere routeopdrachten tegelijk (clusteropdracht), gecombineerd met de blauwe ANWB-borden];met behulp van een navigatiesysteem.De examinator bepaalt op welke van de drie bovengenoemde manieren de kandidaat het ‘zelfstandig rijden’ moet uitvoeren. Als er geen navigatiesysteem in de lesauto aanwezig is, dan beperkt de keus zich tot de eerste twee varianten. Het zelfstandig rijden zal minimaal tien tot maximaal vijftien minuten van het examen in beslag nemen. De totale examentijd blijft hetzelfde. Het bereiken van het juiste eindpunt is overigens geen doel op zich. Het gaat erom dat je veilig rijdt en verantwoorde keuzes maakt.

Variabele oriëntatiepunten

Een oriëntatiepunt staat niet vast. Het is een locatie die de kandidaat goed kent, zoals een school, een sportclub, of winkelcentrum. Als je onbekend bent in het examengebied, dan kan de examinator jou vragen om naar een goed zichtbaar punt in die plaats rijden, zoals een kerktoren of een flatgebouw. Het examen kan beginnen met het rijden naar een oriëntatiepunt, maar kan er ook mee worden afgesloten. Je krijgt dan de opdracht om vanaf een oriëntatiepunt terug naar de examenplaats te rijden.

Clusteropdracht

De clusteropdracht betreft een gedeelte van de route. Deze opdracht is altijd beperkt in lengte en zal één of meerdere keren herhaald worden om te checken of je het begrepen hebt. Het is een nabootsing van de situatie waarin de bestuurder de weg vraagt aan een voorbijganger en vervolgens krijgt uitgelegd hoe hij naar de gevraagde locatie moet komen. De reeks van routeopdrachten zal bestaan uit minimaal drie en maximaal vijf opdrachten. Per 1 maart 2009 kan de clusteropdracht worden aangevuld met de opdracht om de blauwe ANWB-borden naar een bepaalde bestemming te volgen.

Navigatiesysteem

Het rijden met een navigatiesysteem wordt alleen gevraagd als bekend is dat de rijschool hierover beschikt. Gelukkig is dat steeds vaker het geval; rijden met navigatieapparatuur heeft tenslotte de toekomst. Het is wel zo veilig als je er dan al tijdens je rijlessen mee hebt leren ‘werken’. Het rijden met een navigatiesysteem kan in principe op ieder moment in het examen worden toegepast. Het blijkt ook voor anderstalige kandidaten een oplossing te zijn, omdat navigatie meestal in verschillende talen is in te stellen.

Bijzondere manoeuvres

Er is met opzet voor de term bijzondere manoeuvres gekozen om het verschil aan te geven met de vroegere bijzondere verrichtingen. Het vernieuwde rijexamen kent drie bijzondere manoeuvres: een omkeeropdracht, een parkeeropdracht en een stopopdracht. Tijdens het rijexamen zul je in de meeste gevallen twee bijzondere manoeuvres uitvoeren.

  • Omkeeropdracht: Bij de omkeeropdracht krijg je al rijdende te horen dat je de weg in tegenovergestelde richting moet gaan volgen. Jij kiest zelf waar en hoe je keert. Je kunt dit doen via een halve draai, steken of een bocht achteruit. Je moet hierbij laten zien dat je op basis van een goede inschatting van de verkeerssituatie tot een adequate oplossing komt.
  • Parkeeropdracht: De examinator kan ook kiezen voor een parkeeropdracht in een straat of op een parkeerterrein. Hierbij krijg je de opdracht om de auto zo dicht mogelijk bij een opgegeven locatie te parkeren. Dit kan bijvoorbeeld de ingang van een winkelcentrum zijn. Ook hier bepaal je zelf hoe je de parkeeropdracht uitvoert.
  • Stopopdracht:Verder is een stopopdracht mogelijk. Daarbij moet je zo kort mogelijk achter een ander voertuig stoppen, om aansluitend vooruitrijdend weer aan het verkeer deel te nemen. Dit kan zowel aan de linker- als rechterzijde van de rijbaan. Hierbij is het van belang dat je een juiste inschatting hebt van de lengte van de neus van de auto.

Van deze drie kiest de examinator er twee. Daarnaast kan de examinator steekproefsgewijs de hellingproef laten uitvoeren. In één van de bijzondere manoeuvres moet in ieder geval een keer een stukje achteruit rijden voorkomen. Bij de uitvoering van de bijzondere manoeuvres is niet alleen het technische aspect belangrijk. Er wordt vooral ook gelet op de keuzes die daaraan vooraf gaan, zoals de plaats, het moment en de wijze waarop je de opdracht uitvoert.

Gevaarherkenning door situatiebevraging

Bij dit nieuwe onderdeel word je na uitvoering van een verkeerssituatie gevraagd waarom jij dat op die manier hebt gedaan. Wat of hoe heb je de situatie opgelost en welke afwegingen heb je hierbij gemaakt? Er wordt altijd even gestopt bij dit onderdeel. Het bespreken van een verkeerssituatie heeft overigens helemaal niets te maken met het wel of niet goed uitvoeren van de verkeerstaak.

Zelfreflectie

Voor het examen vul je een vragenlijst in, bijvoorbeeld thuis of tijdens de rijlessen. Die lijst geef je aan het begin van het examen aan de examinator. Deze bekijkt de antwoorden pas ná de examenuitslag en bespreekt samen met jou de antwoorden. Van belang hierbij is dat je een realistisch beeld hebt van jouw eigen capaciteiten en beperkingen als automobilist. Zelfreflectie is bedoeld om het gedrag van aankomende rijbewijsbezitters op een positieve manier te beïnvloeden. Het is echter geen vaardigheid en wordt daarom niet in de beoordeling meegenomen.

Nieuw onderdeel: Milieubewust rijgedrag

Voor een beter milieu en voor jouw eigen portemonnee is het belangrijk dat je milieubewust auto rijdt, dus volgens de principes van Het Nieuwe Rijden. Milieubewust rijgedrag wordt in het vernieuwde rijexamen als een afzonderlijk item beoordeeld. Hierbij wordt vooral gekeken naar het anticiperend rijgedrag, zoals het rijden met een constante snelheid en het maximaal gebruikmaken van het rollend vermogen van de auto. Dit draagt niet alleen bij aan vermindering van het brandstofgebruik, het heeft ook een positieve invloed op veilig rijgedrag. Aan dit onderwerp wordt ook in het vernieuwde theorie-examen extra aandacht besteed.

Nieuw element Zelfreflectie niet beoordeeld

Het is voor het eerst dat het praktijkexamen een element bevat dat niet meeweegt in de eindbeoordeling. Dat komt omdat het weliswaar voor de verkeersveiligheid en het bewustwordingsproces van de kandidaat een heel belangrijk element is, dat tegelijkertijd moeilijk objectief in een examen te meten is.

Voorwaarden voor terugbetaling van het examengeld: Restitutieformulier CBR

De aan het CBR betaalde gelden voor toetsen/examens worden niet terugbetaald als het examen niet heeft kunnen doorgaan, doordat de kandidaat of de rijschool niet op het afgesproken tijdstip is verschenen. Hierop zijn echter enkele uitzonderingen:

  1. De kandidaat was niet in staat te verschijnen om een medische reden
  2. De kandidaat was niet in staat te verschijnen wegens het overlijden van een naast familielid
  3. Kandidaat kon niet verschijnen, omdat hij/zij op de examendag als militair gedetacheerd was, indien dit ten tijde van het plannen van de examenaanvraag niet voorzienbaar was
  4. De kandidaat is vóór het examentijdstip overleden.

Deze regeling geldt uitsluitend voor op naam van de kandidaat geregistreerde examens en toetsen, welke vallen onder de hierboven genoemde uitzondering 1 t/m 3. Voor uitzondering 4 geldt een afwijkende afhandeling van het verzoek om restitutie. Zie hiervoor hetgeen onder uitzondering 4 is vermeld. Om in aanmerking te komen voor restitutie, moet de kandidaat via de rijschool en uiterlijk binnen 14 kalenderdagen na de examendatum hiertoe een verzoek indienen. De rijschool kan op TOP internet het restitutieformulier (‘Verzoek terugbetaling tarief’) downloaden. In geval van een praktijkexamen moet het volledig ingevulde en door de kandidaat ondertekende restitutieformulier samen met het gevraagde bewijsstuk binnen 14 kalenderdagen na het examen worden opgestuurd naar: CBR divisie Rijvaardigheid t.a.v. planning Postbus 4046 6803 EA ARNHEM Terugbetaling van het CBR-tarief gebeurt rechtstreeks en uitsluitend in de rekening courant van de rijschool die het examen voor de kandidaat heeft aangevraagd en betaald. Alleen indien de rijschool niet meer als ingeschreven rijschool bij het CBR bekend is vindt, na overleg met de kandidaat, terugbetaling plaats via bank- of girorekening van de kandidaat. Op het terug te betalen bedrag worden administratiekosten in mindering gebracht.

Inschrijven

Je word binnen 24uur terug gebeld!

[njt-gpr location=”Rijschool Meteor Nijmegen” place_id=”ChIJaTIVA6kIx0cRN1EU0kiE8qA” review_filter=”5″ review_limit=”5″ review_characters=”50″ column=”1″ cache=”None” ]